In april 2020 hebben de Eerste en Tweede Kamer de Tijdelijke Wet Covid-19 Justitie en Veiligheid aangenomen. De wet biedt onder meer de mogelijkheid tot verlenging van de termijn van verslaglegging van het bestuur, elektronisch vergaderen en stemmen in de VvE. Meer hierover in het artikel “Wetsvoorstel Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid biedt VvE’s meer ruimte en zekerheid”.

Deze wet zou op 1 september 2020 vervallen. Op 28 september 2020 is de nieuwe vervaldatum bij koninklijk besluit vastgesteld op 1 december 2020 zodat de voorzieningen voorlopig toepasbaar blijven.

Problematiek bij plannen vergadering tegen het einde van de termijn

Het systeem van verlenging per twee maanden heeft tot gevolg dat pas op het moment van bekendmaking van een verlengingsbesluit zekerheid bestaat over de gelding van de wet voor de in dat verlengingsbesluit aangegeven periode. Deze periode van zekerheid neemt af gedurende die verlengingsperiode, omdat een volgende verlengingsbesluit pas kort voor de vervaldata wordt genomen.

Bij het plannen van vergadering van eigenaars kan dit problematisch zijn. Wanneer het bestuur van de VvE bijvoorbeeld het voornemen heeft om over zes weken een vergadering langs geheel elektronische weg te laten plaatsvinden, dan kan er op het planningsmoment nog onzekerheid bestaan of op die voorgenomen vergaderdatum de tijdelijke voorziening die dat mogelijk maakt nog wel zal gelden. De tussentijdse verlenging van die tijdelijke voorziening moet dan immers nog plaatsvinden. Nu er nog geen zicht is op het einde van de corona pandemie, is daarom meer zekerheid op langere termijn wenselijk.

Oplossing verlengingsproblematiek

Met het oog op bovenstaande problematiek hebben de ministeries daarom in de Nota van toelichting op voormeld besluit aangegeven voornemens te zijn om de tijdelijke voorzieningen waarop dit verlengingsbesluit ziet, slechts te laten vervallen indien tenminste twee maanden vóór de voorgenomen vervaldatum een openbare aankondiging daarvan is gedaan. Dat impliceert dat ervan kan worden uitgegaan dat een tijdelijke voorziening tenminste de twee daarop volgende maanden nog toepasselijk zal zijn, tenzij inmiddels een eerdere vervaldatum daarvan is aangekondigd. Wordt een digitale vergadering van eigenaars niet langer dan twee maanden van tevoren georganiseerd, dan lijkt dit geen onzekerheid met zich mee te brengen ten aanzien van de geldigheid wanneer de geldigheid van deze wijze van vergaderen afhangt van de Tijdelijke Wet Covid-19 Justitie en Veiligheid.

 

Bron: www.vverecht.nl
Auteur: mr. Dennis N. Reijnders